Samenvatting
Het doel van deze pilotstudie was om de kwaliteit van een behandelingtraject voor kinderen met atopisch eczeem te onderzoeken. Het verbeteren van de efficiëntie voor de behandeling van eczeem patiënten was daarbij het uitgangspunt. Een belangrijk onderdeel van dit traject was de eczeemeducatie. De verschillende onderwerpen van deze studie zijn onderverdeeld in “uitkomstindicatoren”en “proces-en structuurindicatoren.”
Tussen januari en mei 2010, begonnen 23 kinderen aan dit traject. De patiënten bezochten het Academisch Ziekenhuis in Groningen drie keer, gedurende een periode van negen weken. Bij elke visite kregen ze een consult van een nurse practitioner of een specialist in opleiding. Voor of na het tweede consult kregen ouders een voorlichting over eczeem aangeboden. Tijdens deze voorlichting was er de mogelijkheid om de kinderen naar een opvang te brengen.
Ouders werden voor het eerste en na het tweede consult gevraagd om een self-efficacy vragenlijst in te vullen. Daarnaast hebben negen ouders gedurende het traject een dagboekje in gevuld, waarmee de therapietrouw werd gemeten. In het dagboekje beantwoordden ze ook vragen over de angst voor corticosteroïden (corticofobie). De self-efficacy, de therapietrouw en de corticofobie zijn de uitkomstindicatoren van het onderzoek.
Na afloop van het laatste consult vulden ouders een evaluatieformulier over het behandeltraject in. De behandelaars, de opvangmedewerkers en het administratief personeel ontvingen ook evaluatievragenlijsten. Het resultaat van deze evaluaties werd gebruikt om de proces- en structuurindicatoren te onderzoeken.
De self-efficacy leek te daalde voor de subschaal “communicatie.” Therapietrouw, met betrekking tot de huidverzorging, verbeterde, maar medicinale therapietrouw nam alleen de eerste vier weken van het traject toe. Daarna nam deze vorm van trouw af. De coticofobie nam af, en er was geen interactie gevonden tussen fobie en de therapietrouw.
Patiënten waren tevreden met de kwaliteit van de zorg in het algemeen, hoewel ze minder tevreden enkele aspecten van het traject. Men was vooral ontevredenheid over de locatie voor de opvang. Het administratief personeel merkte op dat de tijd en de plaats de eczeemvoorlichting niet duidelijk waren voor de meeste ouders.
Kortom, de therapietrouw nam alleen toe bij de niet medicinale behandeling. De self-efficacy met betrekking tot de communicatie met de behandelaar nam af. Ook werd een afname gevonden voor corticofobie. Volgens de behandelaars, is dit traject geschikt voor kinderen met mild eczeem met of zonder allergie, maar niet voor gecompliceerde patiënten. Voor deze laatste groep zijn wellicht meer contactmomenten nodig.
LATEST OPEN ACCESS UMCG
Pages
Reading Tip!
>To get to the fulltext easy, use the library proxy bookmarklet or activate our Pubmed url for the Get it! button!
Tags
Archives
Journals
Pages
Meta
Stats
Most Used Journals